Meerhoven. Park voor de pro’s.
Sinds een paar maanden help ik om de twee weken op zaterdag mee met The Global Online Quiz van Number 42 (ow mensen, abonneer je even op hun kanaal, ze willen graag duizend abonnees). Het kantoor zit in Plan B, en dat geeft mij de kans om voor de quiz nog even naar het skateparkje in Meerhoven te gaan, wat vanuit Tongelre toch een pleuriseind fietsen is.
Het parkje heeft een leuke helling van zo’n twee à drie meter hoog, en een paar goede banks aan de zijkant. Tegenover die helling staat nog een halfpipe van zo’n anderhalve meter hoog. Ik kan daar mijn favoriete rondje rijden: van de helling af, inleunen in de bank aan de zijkant, een hoge kickturn in de halfpipe maken (de kunst is daarbij ook nog de coping aan te tikken), en weer de helling op rijden. Dat laatste lukt nog net niet, maar ik kom in de buurt. Het is een fijn rondje, technisch niet heel lastig. Je moet, zoals zo vaak met skateboarden, vooral durven.
Afgelopen zaterdag ging ik weer naar het skateparkje. Op het vlakke stuk, onderaan de helling, klooiden drie jochies van een jaar of tien wat aan met hun skateboards. Ze reden behoedzaam rond, eentje probeerde een ollie die niet onaardig was (ik worstel nog steeds met dat trucje). Bovenaan de helling stonden een vader en moeder met een meisje op een driewieler.
Terwijl ik m’n skateboard van m’n rugtas haalde, ving ik een gesprek van de jongetjes op.
‘Wanneer ga je nu eens van die helling af?,’ vroeg eentje verveeld aan z’n vriendje.
‘Dat durf ik echt niet man,’ reageerde hij verontwaardigd. ‘Dat is iets voor pro’s.’
Ik liep de helling op en groette het stel met het kleine meisje. Toen stapte ik op m’n skateboard, reed de helling af, leunde in in de bank aan de zijkant, maakte een hoge kickturn in de halfpipe en reed de helling weer op. Halverwege de helling stalde ik m’n skateboard dwars. Daarna reed ik opnieuw van de helling af. Ik reed nog een keertje de halfpipe in en wilde afsluiten met een draai. Dat laatste lukte net niet.
‘Hmm, jammer,’ mompelde ik.
Al die tijd werd ik ademloos door drie paar ogen nagekeken. Even bleef het stil. Daarna zei één van de jochies: ‘Ik denk dat ik maar ga.’
‘Ja, ik hou er ook mee op,’ klonk het instemmend.
Ja, de oudjes doen het nog best… 🙂
Goed gedaan, Guido! Kudos!