Communicatie

Omdat ik in m’n reguliere baan geen extra uren kan krijgen, geef ik dit schooljaar les in communicatie op een MBO-opleiding. Dat gaat, al zeg ik het zelf, redelijk. Ik heb niet het idee dat ik ze veel krijg bijgebracht (de houding laat nogal te wensen over), maar ik vind dat ik heel begripvol ben; zelfs bij de meest domme vraag hou ik m’n gezicht in de plooi en geef ik netjes antwoord. Ik tolereer veel van m’n leerlingen en tijdens de les dwaalt het gesprek geregeld af. Het is vrijdagmiddag, dus dat moet kunnen.

Om een voorbeeld te geven: eerder dit jaar liet ik me ontglippen geen rijbewijs te hebben. Op het moment dat ik het zei had ik al spijt van m’n opmerking. De blikken waarmee ik werd aangestaard zal ik niet licht vergeten: alsof ik een wezen was dat vanuit een ver sterrenstelsel naar deze planeet was gestuurd en net z’n eerste schreden op aarde had gezet. Nu nog, maanden later, floept een leerling er soms ineens uit: ‘Maar meneer, ik snap écht niet dat u geen rijbewijs hebt.’ Ook dan leg ik geduldig uit dat in de stad een rijbewijs niet per se nodig is en dat ik voor reizen buiten Eindhoven de trein pak.

Afgelopen vrijdag dwaalde het gesprek weer eens af.
‘Meneer? Mag ik u wat vragen?,’ vroeg een leerling.
Ojee, dacht ik, als ze zo beginnen moet ik op m’n hoede zijn. Voor je het weet stellen ze een impertinente vraag.
‘Heeft u een relatie?,’ ging ze verder.
Ik antwoordde ontkennend en meende ‘r te horen denken: geen rijbewijs, ook al geen relatie. Wat is dit voor mafketel?
Toen verraste ze me.
‘Volgens mij zoekt u een heel slimme vrouw,’ zei ze. ‘Als ze op de eerste date ook maar één domme opmerking maakt, denkt u: laat maar.’
‘Dat zou zomaar kunnen kloppen,’ zei ik, terwijl ik amper m’n lach kon inhouden.

In één van de eerste lessen had ik ze uitgelegd dat het grootste deel van communicatie non-verbaal is. Ik kom een stuk minder stoïcijns over dan ik zelf in de gaten heb.

This entry was posted in Overig. Bookmark the permalink.