Vooruitgang

Eerste foto met m’n nieuwe telefoon.

Vooruitgang gaat met horten en stoten.

Ik wil niet zeggen dat ik in een sociaal isolement terecht was gekomen, maar dan toch zeker een socialemedia-isolement: zo’n beetje de halve wereld zat op Instagram, streaming audio kende ik vrijwel alleen van naam want ik had enkel een gratis Spotify-account (voor muziek viel ik terug op m’n oude vertrouwde iPod Classic) en als iemand me een Tikkie wilde sturen, stelde ik voor het rekeningnummer te mailen of appen, dan zou ik het bedrag overschrijven.

Het was dus hoog tijd om m’n Samsung Galaxy S2 naar het museum te sturen en een nieuwe smartphone te kopen. Dat was het al langer, maar tussen droom en daad staan praktische bezwaren, zoals een weinig coöperatief banksaldo.

Omdat de wereld van smartphones voor mij terra incognita is, een wereld die me bovendien niet eens zo boeit, informeerde ik bij een kenner. Ik moest de OnePlus 6T hebben, zo vertrouwde deze informant me toe. Top of the bill, betaalbaar en, bijkomend voordeel, andere smartphonegebruikers zouden aan de telefoon meteen zien dat ik een kenner was. Dat laatste leek me twijfelachtig.

Een week voordat ik quizvragen verloond zou krijgen en ik eindelijk m’n nieuwe telefoon kon kopen, stond ik bij de ingang van de skatehal met m’n iPod te klooien.
‘Wacht, even dit ding uit zetten,’ zei ik tegen de jongen achter de balie terwijl hij m’n toegangspasje wilde checken.
‘Wow, een iPod,’ zei hij verrukt.
‘Ja,’ verzuchtte ik, ‘nog een week en dan stap ik over op Spotify.’
‘Oh, mag ik ‘m dan van je overnemen?,’ vroeg hij.

Gut, dacht ik, daar had ik helemaal niet aan gedacht. Dat iemand dat ding nog zou willen hebben. De jeugd doet tegenwoordig toch alleen nog maar aan streaming? Tegelijkertijd zag ik geen bezwaar. Er zat alleen maar sentimentele waarde aan. Kom op Guido, een beetje streng voor jezelf zijn. Als je ‘m niet weggeeft, ligt ie toch maar onder te stoffen op de rommelkamer, voorheen de logeerkamer.

Vorige week woensdag was het zover. Ik kon niet langer wachten, wilde dat ding niet online bestellen en liep dus een winkel binnen, waar zich het volgende gesprek ontspon:
‘Waarmee kan ik u helpen?’
‘Ik zoek de OnePlus 6T.’
‘Dat is deze hier.’
‘Doe die maar. In het zwart en met 256 GB.’
‘Wilt u ‘m niet uitproberen?’
‘Nee, dat geloof ik wel. Kan ik eindelijk m’n Samsung Galaxy S2 uit het raam gooien.’
‘Dat die het nog doet.’
‘Ja, daar ben ik zelf ook verbaasd over.’

Vijf minuten later stond ik weer buiten.

Thuis pakte ik m’n telefoon uit. Alleen het uit de verpakking halen was al een belevenis. Volgens de bijgevoegde documenten maakte ik nu deel uit van een ‘community’. Daar zou ik mee uitkijken, dacht ik, Groucho Marx’ befaamde uitspraak (en mijn credo) ‘I don’t want to belong to any club that will accept people like me as a member’ indachtig.

Het zag er allemaal sjiekdefriemel uit, al was het even puzzelen hoe ik de simkaart in het apparaat kreeg. Niet gek, na het checken van een tutorial op YouTube (ik ben zo’n millennial) bleek dat ding veel te groot te zijn. Een nieuwe kaart aanvragen kostte twee dagen, want het was niet in me opgekomen om de volgende dag een nieuwe simkaart in de KPN-winkel op te halen. M’n geduld werd danig op de proef gesteld.

Een dag later trof ik de jongen die de iPod van me over wilde nemen in de skatehal.
‘Wil je de muziek er ook bij hebben?,’ vroeg ik.
‘Wat jij wil,’ antwoordde hij.
‘Er zijn quizzers die een moord doen voor wat hier op staat,’ lachte ik, terwijl ik het ding omhoog hield. ‘Die snappen niet hoe ik elk jaar de Popquiz Marathon win.’

Het leek me niet dat hij heel erg geïnteresseerd zou zijn in de muziek op m’n iPod. De enige echt hedendaagse muziek die er op staat is de Best of 2018 compilatie van Hitzone. Wel vormde het de aanleiding voor een bijzonder geanimeerd gesprek over popmuziek, hiphop en Afrobeat, zodat ik nog heel snel naar huis moest fietsen om niet het begin van de halve finale van het Songfestival te missen.

Afgelopen weekend zette ik de nieuwe simkaart in de telefoon en werd ik ineens heel ver de 21ste eeuw ingekatapulteerd. Bye bye Samsung Galaxy S2, hallo veel te hippe telefoon waar ik waarschijnlijk geen snars van snap.

Dat laatste bleek reuze mee te vallen. Die dingen zijn zo intuïtief gemaakt dat je geen moment vastloopt. Ik maakte een account aan voor Instagram en downloadde de Twitterapp. Er zit een uitstekende camera in, dus Insta gaat wel een dingetje worden (nee, geen selfies). Daarna ging ik skateboardfilmpjes bingewatchen op Joetjoep, waarbij de accu amper leeg bleek te lopen. En toen ie écht bijna leeg was, had ik ‘m binnen een uur weer opgeladen. Bizar.

Leuk allemaal, maar sinds ik m’n Spotify Premium-account heb geactiveerd, ben ik pas helemaal in het walhalla terechtgekomen. Er is een wereld voor me opengegaan. Heel Veel Muziek. Onbeperkt. Het voelt een beetje als Napster twintig jaar eerder, maar legaal – en tegen betaling, dat dan wel. Alles is on demand, dus niet eindeloos staren naar groene, gele en rode stipjes, op zoek naar de optimale downloadsnelheid. Daarbij, het werkt lekker smooth. Als ik op m’n telefoon luister en Spotify op m’n laptop open, geeft ie netjes aan dat ik op een ander apparaat aan het luisteren ben. Playlistjes maken is een feest. Eindelijk al die liedjes luisteren die moeilijk op cd verkrijgbaar zijn, of snel de hits checken waar in de pubquiz naar wordt gevraagd. Die investering van negen euro in de maand verdien ik makkelijk terug, want waarom zou ik nog cd’s kopen?

‘Nu nog een bluetoothspeaker,’ zei m’n vader enthousiast.
‘Rustig aan he,’ zei ik, want dat moet wel een bluetoothspeaker zijn mét aansluiting voor m’n platenspeler. Het moet toch een beetje retro blijven.

M’n iPod Classic (met muziek, want ik was te lam om die eraf te gooien) heeft afgelopen week een tweede huis gekregen. Daar gingen nog keiharde onderhandelingen aan vooraf, want de knul in de skatehal wilde me zelfs iets geven voor dat ding. Ik wees ‘m er op dat de plug ieder jaar moet worden vervangen, iets dat ‘m al zo’n vijftig euro zou kosten, en dat het aansluiten op de laptop ook een speciale werkwijze behoeft. Toch, hij wilde per se iets terug doen voor die iPod. Bier drink ik niet, dus hij mocht ‘m hebben voor een t-shirt (waarmee ik m’n street cred weer een boost geef).

Eerst voelde ik een knoop in m’n maag toen ik na de overdracht wegfietste. Wat had ik gedaan?! Ik had m’n oude, dierbare iPod weggegeven. M’n steun en toeverlaat in bange dagen, die me vergezelde op reizen naar New York, IJsland en Hawaï en boordevol stond met steengoede muziek (en vooruit, ook de nodige bagger).

Toen keek ik op Spotify naar de enorme stortvloed aan muziek waar ik nu toegang tot had. Pet Shop Boys, Jane Wiedlin, Deftones, Opgezwolle, Lupe Fiasco, Brockhampton, blink-182, The Chills, Kodaline, Taylor Swift, Ben Howard, Damien Jurado, zelfs die oude Ome Neil Young: alles staat er op. Nouja, niet alles. Niggas in Paris van Kanye West en Jay-Z niet, zo bleek toen ik een hiphopplaylist (nog meer street cred) wilde samenstellen. Daar valt mee te leven.

Vooruitgang gaat met horten en stoten. En doet soms een beetje pijn. Wat moet ik nu met die 1500 cd’s op de rommelkamer?

This entry was posted in Muziek and tagged , , . Bookmark the permalink.

2 Responses to Vooruitgang

  1. Frances says:

    Ik ken nog wel iemand die regelmatig op rommelmarkten platen (VINYL) en cd’s verkoopt. Dus……

Comments are closed.