
Muurschildering in Hackney, fijne volksbuurt in het oosten van Londen
‘When a man is tired of London, he is tired of life’
Samuel Johnson schreef het ooit. Ik kan het beamen. Ik vertrek deze week voor een paar dagen naar Londen. Ik ben de tel kwijtgeraakt de hoeveelste keer dat is, al kan ik een poging wagen. Van 2007 tot en met 2014 was het jaarlijks. Daarna ben ik een paar jaar niet geweest, maar sinds 2022 kom ik elk jaar wel weer een keer in de Engelse hoofdstad. En telkens als ik denk dat ik alles wel heb gezien, dat mijn streven om elk jaar minstens twee nieuwe landen te bezoeken een stuk lastiger wordt met een weekendje Londen erbij, ontdek ik weer leuke nieuwe attracties, of wil ik toch nog een keer naar dat ene museum.
De eerste jaren had ik m’n vaste hotelletjes, maar nu die onbetaalbaar zijn geworden, ben ik uitgeweken naar Air B&B’s. Die bevinden zich vaak in volksbuurten buiten het (toeristische) centrum, maar ik ken het openbaar vervoer inmiddels op m’n duim. De extra reistijd neem ik graag voor lief. Dit keer verblijf ik in Hackney, met bewoners uit alle windstreken, studenten en kunstenaars. In de pubs is vegetarisch eten de norm, en er staan bordjes dat ze tegen elke vorm van discriminatie zijn. Een plek om je enorm welkom te voelen.
In 2012 maakte ik al eens een top-10 met liedjes over Londen. Maar over Londen zijn zoveel liedjes geschreven dat ik die tien platen best kan uitbreiden met tien extra liedjes. Noem het een bubblin’ under. En zelfs met deze extensie heb ik nog goede songs moeten uitsluiten: A Rainy Night In Soho van The Pogues, Brompton Oratory van Nick Cave & The Bad Seeds en Werewolves Of London van Warren Zevon. Ik bewaar ze voor een volgende keer. Ik kom vast nog wel een keer in Londen.
En natuurlijk is er een playlistje op Tidal met de volledige top-20.

20. Coldplay – Cemeteries Of London (2008)
De eerste twee platen van Coldplay beschouw ik als moderne klassiekers, en ook de derde plaat X & Y wil ik de band nog vergeven. Maar met Viva la Vida or Death and All His Friends ging het goed mis. Ook een klok die stilstaat geeft twee keer per dag de juiste tijd aan. Want zelfs op dat album staan een paar aardige songs. De beste daarvan is Cemeteries Of London. Geschreven door Chris Martin toen hij leed aan slapeloosheid. Volgens hem gaat Cemeteries Of Londen over de tijd waarin heksen nog werden verdronken. Bassist Guy Berryman houdt het op de Victoriaanse tijd. Hoe dan ook: het spookt er.
Ik denk dat de inschatting van Berryman beter is. De negentiende eeuw is de tijd van The Magnificent Seven, de zeven Victoriaanse begraafplaatsen die buiten de stadsgrenzen van Londen zijn aangelegd van 1833 tot 1841 zijn aangelegd omdat de bevolking uit z’n voegen barstte. Misschien is Martin er eens gaan wandelen, tijdens die slapeloze nachten.

19. Morrissey – Piccadilly Palare (1990)
Morrissey houdt van een alliteratie, bij voorkeur in combinatie met een buurt in Londen: Dagenham Dave, Come Back To Camden, Piccadilly Palare. Eigenlijk schrijf je Polari, een typisch Britse vorm van slang die werd gebruikt onder criminelen, prostituees en zeevaarders, maar vooral homo’s. In een tijd waarin homoseksualiteit nog strafbaar was, was geheimtaal noodzakelijk. In Piccadilly vonden ze gelijkgestemden, of beter, gelijkgeaarden. Zelf doet de voormalige Smiths-frontman zuinig over z’n song, die nota bene op single is uitgebracht, maar ik vind het een van z’n beste liedjes. Vooral het gepraat in Palare op de achtergrond is mooi: ‘So bona to vada, your lovely eek and your lovely riah’.
Ik zag Morrissey vaak live aan het begin van deze eeuw. Dat was altijd een belevenis, door de adoratie die hem door z’n fans ten deel valt. Bij elk concert klom er wel iemand op het podium om ‘m aan te raken of te omhelzen voordat de beveiliging de fan in kwestie had afgevoerd.

18. Duffy – Warwick Avenue (2008)
Het was Beatles versus de Stones, maar dan in 2008. Adele, de ietwat voluptueuze Londense zangeres, versus Duffy, de ravissante, blonde, Welshe zangeres. Duffy moest het gaan maken, en werd daarbij ondersteund door een behoorlijke marketingmachine; single Mercy werd kapotgedraaid op de radio. In de slipstream van die hit wist ook Warwick Avenue de Nederlandse Top 40 te halen. Het is een liedje over een afscheid van een geliefde; de productie zorgt voor een melancholieke sixtiessfeer. Duffy had geen specifieke band met Warwick Avenue, zo gaf ze toe. Maar de dag voordat ze het liedje schreef, was ze bij het metrostation met die naam uitgestapt en de naam was blijven hangen.
Na Warwick Avenue zou Duffy nog twee bescheiden top-40-hits scoren. Haar tweede album Endlessly flopte. Daarna ging het rond Duffy om heel veel, behalve nieuwe muziek. Adele verging het een stuk beter.

17. Caetano Veloso – London London (1971)
In 1969 vertrok de Braziliaanse zanger Caetano Veloso, op de vlucht voor de dictatuur in z’n thuisland, naar Londen. Landgenoot Gilberto Gil reisde mee. Londen had de voorkeur boven Parijs, dat het duo veel te saai vond. Gil ging meteen op in de Engelse muziekscene, maar Veloso had meer moeite om te acclimatiseren. Londen was veilig, zo erkende hij, en je kon er een politieagent op straat gewoon om de weg vragen, maar tegelijkertijd was hij eenzaam:
I am lonely in London without fear
I’m wandering round and round here nowhere to go
Tegenwoordig kijkt Veloso met meer genegenheid terug op z’n tijd in Londen. Blij dat hij Jimi Hendrix, Led Zeppelin en Pink Floyd in hun hoogtijdagen live heeft gezien. En pas in Engeland durfde hij, op aanraden van z’n producers, te vertrouwen op z’n eigen gitaarspel.
Het mooiste aan London London is die speelse dwarsfluit. Het doet onbedoeld denken aan Il Est Cinq Heures, Paris S’éveille van Jacques Dutronc; die onverwoestbare ode aan dat saaie Parijs.

16. Blur – Under The Westway (2012)
Under The Westway was net verschenen toen ik mijn vorige top-10 samenstelde. Een single uitgebracht ter gelegenheid van een benefietconcert voor War Child. Voor mij is Blur dé ultieme Britpopband. Een etiket waar ze tijdens de jaren negentig zo graag vanaf wilden. Maar de tragikomische teksten en melancholieke muziek van Blur passen zo goed bij het treurige, gloomy Engeland.
In Under The Westway geeft zanger Damon Albarn een grauw, naargeestig beeld van de Engelse hoofdstad. De stad heeft z’n ziel verloren, iedereen rent mee in dezelfde rat race. Zelfs in z’n dromen ziet Albarn mannen in gele hesjes reclames ophangen. Bij het ouder worden zijn de leden van Blur nog melancholieker en eerlijker geworden; met humor red je het niet meer.
Drie jaar geleden nam ik deel aan een rondleiding door Hyde Park. De gids had begrepen dat ik een muziekliefhebber was, en wees op het bankje waar Albarn Parklife had geschreven. Nouja, het kon ook een bankje verder zijn, zo zei hij erbij. Albarn was behoorlijk onder invloed.

15. The Jam – Down In The Tube Station At Midnight (1978)
Nee, het leven in de grote stad was eind jaren zeventig geen pretje. Londen was in verval; de metro was smerig en onveilig, en voor je het wist was je in een knokpartij met skinheads of ex-gevangenen beland, aldus Paul Weller in Down In The Tube Station At Midnight. The Jam-zanger brengt de tekst verbeten, de basgitaar klinkt gespannen, en de metrogeluiden op de achtergrond zorgen voor net dat extra beetje sociaal realisme. Terwijl hij op de grond ligt en in elkaar wordt geslagen, ziet Weller nog een poster van British Rail hangen met de tekst ‘Have an away day, a cheap holiday, do it today’, en de tekst ‘Jesus saves’, neergekalkt door ‘an atheist nutter’. De ironie.
Weller zingt niet over een specifiek metrostation. Maar de geluiden zijn opgenomen bij het station St John’s Wood. Het metrostation dat vlakbij de Abbey Road Studios ligt. Vreemd genoeg is Down In The Tube Station At Midnight daar niet opgenomen.

14. Belle and Sebastian – Mornington Crescent (2006)
Toen ik in 2007 met een vriend in Londen was en we naar Highgate Cemetery reisden, vertelde hij over Mornington Crescent, een metrostation dat soms wel, soms niet wordt aangedaan. Ik vond het typisch Engels; maf en volstrekt onnodig. Maar als je op de kaart van de Londense metro kijkt, zie je dat hij gelijk had: de Northern Line doet het station niet altijd aan. Maar Mornington Crescent is ook een radiospelletje op de BBC, een spelletje waarvan niemand precies de regels weet. Ook dat is typisch Engels.
Noch het vreemde metrostation, noch het al even vreemde radiospelletje komen aan bod in Mornington Crescent van Belle and Sebastian. In hun liedje gaat het over de loonslaven die in gedachten verzonken naar hun werk reizen. In dit geval naar de sjieke buurt die rond het metrostation is gesitueerd. Denkend aan een geliefde, en hoe ze in hemelsnaam de huur gaan betalen in een stad die voor de gewone sterveling notoir onbetaalbaar is geworden.

13. Catatonia – Londinium (1999)
London never sleeps, it just sucks
The life out of me, and the money from my pocket
Catatonia was een van de eerste Britpopbands waar ik in de jaren negentig voor viel. De liedjes van de rockgroep waren vrij conventioneel, maar hadden door de stem van schuurpapier van zangeres Cerys Matthews een rauw randje. En dan kwam Catatonia ook nog uit Wales, ver weg van de periferie van de hoofdstad. Vanzelfsprekend haal je dan je neus op voor Londen. Vandaar die weinig vleiende songtekst over de neonreclames, sushirestaurants en de smerige Thames. En dan zuigt het ook nog het geld uit je zakken. Toen Londinium op single werd uitgebracht, kuiste de platenmaatschappij de tekst enigszins, tot grote ergernis van de band.
Toen ik in 2000 voor het eerst in Londen kwam, een dagtrip met mijn eindexamenklas, kocht ik alle nog verkrijgbare oude singles van Catatonia voor de b-kantjes. Het kostte behoorlijk wat zakgeld, maar dan had ik wel voor twee albums aan nieuwe muziek bij elkaar. Ik kon toen ook bevestigen dat Londen inderdaad het geld uit je zakken zuigt.

12. The Small Faces – Itchycoo Park (1967)
Een paar maanden nadat The Kinks Waterloo Sunset hadden uitgebracht, kwamen The Small Faces met hun eigen ode aan Londen. Maar waar Waterloo Station een echte locatie is, is het onduidelijk welk park Ronnie Lane, bassist van The Small Faces, bedoelde. De meestgehoorde opties zijn Manor Park in Oost-Londen, Valentine’s Park in Ilford en Wanstead Flats in Wanstead. In alledrie de gevallen gaat het om parken in het oosten van Londen (de bijnaam ‘Itchycoo’ was een verwijzing naar de vele brandnetels die in het betreffende park groeien). Eigenlijk doet het er niet toe over welk park de song gaat. In Itchycoo Park wordt phasing toegepast op de drums, wat de song een psychedelisch effect geeft; een noviteit in 1967.
Ik vind de parken van Londen ondergewaardeerd. De meeste bezoekers aan Londen zullen in Hyde Park, of misschien Regent’s Park komen, maar verder buiten het centrum liggen prachtige parken. Hempstead Heath of, mijn favoriet, Victoria Park. Londen is een verrassend groene stad.

11. Eddy Grant – Electric Avenue (1983)
De Londense wijk Brixton was in de jaren tachtig het toneel van rellen. De wijk telde veel immigranten uit het Caribisch gebied, en had te kampen met hoge werkeloosheid, armoede en een racistische politie. The Clash zong erover in The Guns Of Brixton (nr. 2). Eddy Grant bezocht de buurt en uitte zijn woede in Electric Avenue, een verwijzing naar de belangrijkste verkeersader van Brixton, de eerste straat in Londen met straatverlichting. Het liedje zou waarschijnlijk snel vergeten zijn, ware het niet dat Grant onderweg naar Barbados voor de opnames van een nieuw album z’n bagage met nieuwe liedjes kwijtraakte. Om in elk geval materiaal te hebben om op te nemen, gebruikte hij Electric Avenue. Grant klinkt vrolijk, maar de tekst is bitter:
Workin’ so hard like a soldier
Can’t afford a thing on TV
Deep in my heart, I abhor ya
Can’t get food for them kid
Uiteindelijk was het racisme dat voor de doorbraak van Grant zorgde. MTV weigerde in de begindagen van de zender videoclips van zwarte artiesten te draaien. Na stevige druk van de platenmaatschappij van Michael Jackson ging de zender overstag. Naarstig op zoek naar videoclips van zwarte artiesten stuitten ze op de clip van Electric Avenue. Met dank aan de heavy rotation op MTV haalde het liedje de tweede plek in de Amerikaanse Billboard Hot 100.